Oud en versleten?
Joke Stoffelen en Eric Verkaar
Ouderen halen regelmatig de voorpagina’s van de kranten. Aan de ene kant lijkt het alsof ouderen potverteerders zijn: goed in de ‘slappe was’; vermaken zich met dagtochtjes en drinken een beetje te veel. Aan de andere kant schreeuwen de krantenkoppen over onveiligheid, eenzaamheid en te lang worden doorbehandeld in het ziekenhuis.
De werkelijkheid is natuurlijk veel genuanceerder. Het Nationaal Ouderenfonds geeft de feiten en cijfers weer. Meer dan 17 procent van de bevolking is 65+; het gaat om zo’n 2 miljoen huishoudens en deze groep wordt steeds groter. Er zijn problemen met eenzaamheid (200.000 ouderen zijn extreem eenzaam); gevoelens van onveiligheid en overbelastte mantelzorgers. Anderzijds zijn er veel vitale actieve ouderen.
Wij pleiten voor een veel positievere kijk op ouder worden!
Ouderen zijn probleemgevallen…
Ondanks de feiten en cijfers is de publieke opinie duidelijk in haar mening over ouderen. Helaas een weinig positief beeld. De items zijn in 2015: voltooid leven, te weinig zorg thuis, eenzaamheid. “In het publieke debat wordt voltooid leven gezien als een voldongen feit, waar we een regeling voor moeten treffen. Of ze zeuren te veel en kosten een hoop; of ze kampen met ‘vervelende’ problemen als eenzaamheid en depressiviteit. Het klinkt allemaal niet hip, energiek en enthousiast.
…of juist niet…?
Het is even zoeken maar je vind gelukkig ook positieve berichten over ouderen: de ‘zilveren economie’, ‘active ageing’ en ‘sociaal kapitaal’. Daarbij is er aandacht voor de waarde van ouderen in de samenleving. Veel ouderen zijn actief in politieke- of vrijwilligersorganisaties, en of als mantelzorger. Ook hebben veel ouderen de zorg voor de kleinkinderen. En ouderen beschikken natuurlijk over veel levenservaring die heel bruikbaar is. Daarnaast is het natuurlijk voor veel mensen gewoon fijn om in relatieve gezondheid ouder te worden.
Als het over ouderen gaat, pleiten wij voor een drietal aandachtspunten:
1) Positieve aandacht
Meer aandacht voor de positieve aspecten van ouderen en de bijzondere waarde van ouderen voor onze samenleving, is nodig. Hierin zouden de ouderen zelf het voortouw moeten nemen en hun plek ‘terug’ veroveren in de samenleving. Een mooi voorbeeld is het Doelgroep panel van het Netwerk 100 in de regio Nijmegen. Zij beslissen welke onderzoeksprojecten wel of niet uitgevoerd worden.
2) Aandacht voor ‘bijzondere’ ouderen
Ouderen met een verstandelijke beperking of psychiatrische problematiek krijgen vaak niet de zorg en ondersteuning die nodig is. Professionals werken op eilandjes en zouden veel meer moeten samenwerken en leren van elkaar. Ouderenorganisaties zouden kunnen samenwerken met andere belangenorganisaties omdat het gaat over bijzondere ouderen die op vele fronten tussen ‘wal en schip’ vallen.
3) Samen met andere generaties
We kunnen leren van projecten bij onze Oosterburen waarin ‘Mehrgenerationenhäuser’ met overheidssteun verschillende problemen oplossen: kinderopvang, ouderenzorg en eenzaamheidsproblematiek. Zorgbelang Gelderland heeft met het project ‘Participatie tussen generaties’ gewerkt aan verbinding tussen generaties waardoor zij met elkaar in contact komen en een positief beeld over elkaar kunnen ontwikkelen.
Om kort te zijn: er liggen nog tal van ‘uitdagingen’ voor ouderen en hun organisaties om het soms negatieve beeld om te vormen tot een positief beeld. Dat is ook nodig. We kunnen het ons als samenleving niet veroorloven om een groot deel van de bevolking weg te zetten als ‘zeurders’, ‘potverteerders’ of ‘euthanasie-rijp’. Laten we samen aan de slag gaan!